Clarisse
Bruyn
broeck
Mijn zus vermagert, ik zie haar aftakelen. Mijn familie ziet het ook.
Negatieve gevoelens nemen de bovenhand. Hoe moet ik dit verwerken? En hoe moet ik
deze gevoelens uiten? Praten? Schrijven? Tekenen?
Mijn taal is oorspronkelijk de taal van het sieraad.
De chaos in mijn geest moet geordend worden en mijn dagboek helpt me hierbij.
Door mijn gevoelens te beschrijven en in vraag te stellen, probeer ik de diepere inhoud
ervan te achterhalen.
Ik ben al lang gefascineerd door het lichaam, lichaamsbouw en lichaamstaal.
Mijn fascinatie hiervoor is nog groter geworden, nu één van mijn zussen aan anorexia lijdt.
Haar lichaam verandert - niet alleen fysiek maar ook emotioneel. Die emotionele kant van
het lichaam zag ik niet tot voor kort.
Het lichaam van mijn zus kwijnt weg en de "structuur" ervan is zelfs te zien aan de
buitenkant. Ik kan niet anders dan dit gaan gebruiken in mijn werk.
Die lichamelijke veranderingen vertaal ik door middel van objecten die een letterlijke
transformatie of een vervreemdend effect oproepen; een bolle spiegel, een verknipt
kledingstuk, een ijzeren ruggengraat, … . Objecten die uitdrukken hoe het "gekende"
(lichaam) plaats maakt voor het "vreemde", voor de afwijking, voor de ziekte.
Ik voel zelf ook de gevolgen van deze ziekte, mijn emoties zijn soms niet meer
onder
controle te houden; dan nemen ze mijn lichaam over. Zo toont mijn lichaam wanhoop,
neerslachtigheid, hulpeloosheid… Ik voel me machteloos tegenover mijn zus, ik wil haar
helpen, maar ze laat dat niet toe. Ik kan geen kant meer op. Ik geef dat vorm door het
uitbeelden van bewegingsloze, verstarde houdingen. Hangend en hulpeloos.
Op die manier ontstaan een reeks zelfportretten; tastbare herinneringen die overblijven na
een emotionele periode. Deze "overblijfsels" markeren het einde van mijn eerste master jaar.
In het tweede master jaar komen de handen. Ik wil nog steeds hulp en bescherming bieden,
maar word keer op keer afgewezen. Hierdoor ontstaat een leegte binnen in mij - die ik wil
naar buiten brengen. Handen die willen geven – tevergeefs. Handen die niet ver genoeg
reiken…. Handen die gelukkig ook troosten. Al is het maar mijzelf. De wallen onder mijn
ogen verraden mijn vermoeidheid.
Zo laten al die emoties sporen na op mijn lichaam; mijn lichaam wordt erdoor getekend.
Mijn lichaam is een tekening. Ik teken op mijn lichaam. Ik wil de sporen van emoties op mijn
lichaam kunnen tekenen, maar ook weer uitwissen.
De emoties liggen in een intieme huiselijke sfeer op tafel. Een pijnlijke stilte breekt aan, enkel lichaamstaal blijft over.
Vorige tentoonstelling
Het Getekende Lichaam
van 10.01.2013 tot en met 08.02.2013.
Europese Triënnale
voor Hedendaagse Sieraden
25.10.2014 - 28.12.2014